Bezinning bij / surfen naar
Meer dan een half miljard euro per dag, samen 185 miljard euro per jaar. Zoveel kost Irak aan de Verenigde Staten. Maar geen probleem voor meneerke Bush. Wat geeft hij om 185 miljard meer of minder. Voor een immorele olieoorlog, welteverstaan, maar voor de gezondheid van de armen? Vorige week keurde het Amerikaanse parlement een wetsvoorstel goed waardoor de volgende vijf jaar 25 miljard euro zou besteed worden aan een ziekteverzekering voor vier miljoen arme kinderen. In een land waar geneeskunde alleen voor de rijken betaalbaar is, is dat zeker geen overbodige luxe. En wat deed meneerke Bush? Hij stelde zijn veto. Geen ziekteverzekering dus voor vier miljoen arme kinderen. Wel 185 miljard euro per jaar voor een immorele olieoorlog in Irak, maar geen vijf miljard per jaar voor de gezondheid van vier miljoen arme Amerikaanse kinderen. Véél te duur, vond de nochtans zeer christelijke Amerikaanse president. Soms vraag ik me af of hij wel de juiste Bijbel leest.
Zusters en broeders, gezondheidszorg is een recht voor elke mens, en het is de plicht van de gemeenschap om dat recht in daden om te zetten. Zie maar wat Jezus in het evangelie doet: Hij stoot de melaatsen niet af; Hij geneest ze. Ik weet het, Hij kon iets meer dan de doorsneedokter en de gemiddelde specialist, maar Hij laat wel zien hoe het moet: geen vragen, geen verwijten, geen gezeur. Zien, niet oordelen en zeker niet veroordelen, en handelen. Dat is wat Jezus ons opnieuw voorleeft. Ik dacht spontaan aan iets wat ik de voorbije zomer op het tv-nieuws heb gezien. Op een van de Canarische eilanden spoelde een groep Afrikaanse bootvluchtelingen aan; uitgehongerd, uitgedroogd, op sterven na dood na een tocht van 100 km over zee, in gammele bootjes op elkaar geperst. Ze spoelden aan midden tussen de toeristen, en wat deden die mensen die daar lekker lui lagen te genieten van een wellicht welverdiende vakantie? Geen afgrijzen, nee, en ook geen afkeuring, integendeel. Zien, niet oordelen en handelen, dat was wat ze deden: ze haalden die vluchtelingen uit de zee, sleepten flessen water aan en doken in hun strandtassen op zoek naar voedsel. Redden wie er te redden was. Toen ik dat allemaal zag, dacht ik: Jezus heeft gelijk: het Rijk Gods is midden onder ons.
Zusters en broeders, wat toen op tv te zien was, is bij ons heel gewoon: onze dokters en specialisten, onze verpleegkundigen en hulpdiensten, en onze duizenden vrijwilligers staan altijd klaar. Zien, niet oordelen en handelen, dat is de onuitgesproken lijfspreuk. Onze gezondheidszorg is dus uitstekend, ook omdat de gemeenschap er veel geld voor over heeft, zodat iedereen er kan van genieten. Als er één domein is waar de sterkste schouders ook de meeste lasten moeten dragen, is het inderdaad wel gezondheidszorg. Onze politici mogen er dus zelfs niet aan denken in dat domein te bezuinigen, want nog eens: gezondheidszorg is een recht voor iedereen. En de beschaafdheid van een land kan afgemeten worden aan de maat waarmee het dat recht voor iedereen garandeert.
Jezus geeft ons nog een ander teken: dat we moeten leren dank u zeggen. Het is niet omdat we ervoor betalen dat we niet dank u moeten zeggen. Wie helpt, heeft recht op dank. Je merkt in het evangelie dat Jezus helemaal niet blij is dat maar één van die tien genezen melaatsen is teruggekeerd om Hem en om God te bedanken. Welnu, laten we ons aan die ene man of vrouw spiegelen, niet aan die negen andere. Dank u zeggen, tegen God en tegen elkaar. Uit gans ons hart.
En ten slotte: vorige week overleed een van mijn vroegere collega’s, heel onverwacht en veel te jong. Honderden mensen zijn van hem afscheid komen nemen, zowel op de avond vóór de begrafenis als tijdens de begrafenis zelf. En ik dacht bij mezelf: veronderstel dat die man niet gestorven was, maar dat hij ernstig ziek was geworden, zouden we dan ook met zovelen geweest zijn om hem te gaan bezoeken? Ik wil maar zeggen: we moeten echt niet wachten tot iemand dood is voor we hem gaan bezoeken. Ik denk dat die iemand er veel meer aan heeft dat we dat doen tijdens zijn leven. Misschien kunnen we ons in deze Maria-oktobermaand best aan Maria spiegelen: we weten wat ze deed toen ze hoorde dat haar bejaarde nicht Elisabeth zwanger was: hoewel ze zelf zwanger was, ging ze over berg en dal naar haar toe en hielp haar tot na de bevalling.
Zusters en broeders, als we ons in onze houding tegenover onze zieke en zwakke medemens aan Jezus en aan Maria spiegelen, zullen we er zeker niet ver naast zitten. Laten we dat dus doen: ons aan hen spiegelen. Amen.